Nieuwslezeres "versaaid" om perceptie af te stemmen op de doelgroep

Ophef in Frankrijk waar een jonge, aantrekkelijke nieuwslezeres gevraagd werd om make-up, kledij en kapsel bij te sturen in functie van het hogere profiel dat de tv zender wenste te bereiken. De "versaaide" Laurence Ferrari draagt nu hoger sluitende kleding, make-up die de lijnen rondom ogen en mond doet uitkomen en een korter maar klassiek kapsel, alles in een poging om ouder en met meer ernst en klasse over te komen.

Nog maar eens een pleidooi dat het plaatje moet kloppen. Wat je wil zijn en hoe je dat invult moeten in lijn met elkaar zijn. Het punt kwam toevallig ook aan bod in de meeting waar ik het gisteren over had (zie de post "formaatverandering als mediastrategie").

Om het eenvoudig te stellen: veel makers van media denken dat als ze de middenklasse willen bereiken en ze vandaag eerder een positie hebben op de lagere sociale klassen, dat het voldoende is om een element voor de hogere sociale klassen toe te voegen (in dit geval fotomateriaal), en media consumenten het "gemiddelde" zullen percipiëren. Enkele jaren terug heb ik zelfs ooit een communicatiedeskundige als Noel Slangen dit horen beweren in het kader van een bijsturingsoefening voor TV Limburg.

De realiteit is natuurlijk anders, als je de middenklasse wil bereiken, breng dan inhoud afgestemd op de middenklasse en toon mensen uit de middenklasse. "Lagere klassen" inhoud combineren met beeldmateriaal van klassedames uit de hogere sociale groepen is potsierlijk.

Formaatverandering als media strategie

Gisteren hadden we een hoogoplopende discussie over formaten tijdens overleg over één van de media projecten die ik begeleid.

Sinds de Engelse kwaliteitskrant The Independent in 2003 naar het tabloid formaat overschakelde - en kortstondig een verkoopsstijging realiseerde - zijn wereldwijd honderden kranten én magazines op een kleiner formaat overgegaan. Hoewel de positieve invloed op de verspreiding van elke titel meestal snel weg ebde, blijven media makers geloven dat een kleiner formaat meer lezers oplevert.

Mijn suggestie is dat we in het denken over media een onderscheid maken tussen wat de Amerikanen 'audience drivers' en 'inhibitors' noemen.

  • 'Audience drivers' geven mensen een reden om je blad te kopen, zich er op te abonneren of het mee te nemen indien het gratis is. Zeg maar unieke, interessante content, afgestemd op de doelgroep.
  • 'Inhibitors' zijn ontradende factoren. Het medium is misschien wel interessant, maar - bv. het formaat - komt zo onhandig uit op de weinige momenten dat je lezen kan, dat het tegen blad of krant werkt. Wat maakt dat bv. het handtasformaat voor tijdschriften een zinvolle zet is, want het maakt dat het blad letterlijk met de lezer megaat en beschikbaar komt op een moment dat lezeressen tijd hebben (want tijd is één van de meest beperkende factoren voor mediaconsumptie)
Conclusie: formaat is een inhibitor en kan als geïsoleerde factor weinig bijdragen aan het succes van het medium. Het is pas als je "audience drivers" goed zitten, dat bv. een verkleining van het formaat het ontdekken en accepteren van de (nieuwe) bladformule kan versnellen

Links voor 27 oktober

Links voor 26 oktober

  • Marktonderzoeksbureau Rogil vergeleek in opdracht van het radio 1 programma Peeters & Pichal de geur van de Vlaamse kranten . Een panel dat blind in en aan de verschillende kranten mocht snuffelen beschrijft de Vlaamse kranten in de dimensies zoet, motorolie en kattepis. De Morgen is de zoetste krant van Vlaanderen, gevolgd door Het Belang van Limburg.
  • Een mooi voorbeeld van het positioneren van kranten is de manier waarop Het Laatste Nieuws en De Standaard deze week de woorden van Belgische premier Leterme in titels vertaalden. De premier sprak over de bonussen bij Fortis als "een kaakslag voor personeel, spaarder en belegger". Bij Het Laatste Nieuws, dat sterk op de beroepsactieve middenklasse gericht is, werd dat "Kaakslag voor personeel", bij De Standaard, dat zich op financieel-economisch nieuws tracht te positioneren, werd het "Kaakslag voor beleggers". Bij de overblijvende kranten zijn er een aantal selectief naar traditionele spaarders (regionale kranten, maar ook Het Nieuwsblad). Dat de titel "Kaakslag voor spaarders" bij geen van deze kranten is verschenen, is niet alleen jammer voor mij, want dat zou het rijtje rondmaken, maar is ook voor deze kranten een gemiste kans om een relatie met hun lezers op te bouwen.
  • De Amerikaanse uitgever Tribune Co probeert haar kranten her-uit-te-vinden. Een weinig zelfreflectie kan hierbij geen kwaad: ja wij maken kranten met heel wat saaie stukken . VERWANT: Lees ook volgende tips van bij Tribune om meer lezers te bereiken.
  • Een medewerkers van mediafin (De Tijd/L'Echo) beschrijft bij Mediashift hoe "chat" zorgde voor een communicatiekanaal met lezers tijdens de kredietcrisis en mee de verslaggeving aanstuurde.

Nieuwe boek Martin Lindstrom voorspelt succes tv programma's

Martin Lindstrom, bekend van het boek Brand Sense heeft een nieuw boek uit, Buyology, dat claimt inzicht te geven in wat we waarom kopen. Drie jaar onderzoek (respondenten werden aan MRI en EEG gehangen) gingen het boek vooraf. Het boek moet minstens twee interessante media cases bevatten:

  • het succes van tv programma's en formats kan je aan de hersenactiviteit (EEG) afmeten. Hoge activiteit, hoge interesse en betrokkenheid (engagement) Drie tv programma's werden vooraf getest, een programma dat later ook werkelijk op het scherm kwam scoorde zoals de EEG voorspelde.
  • product placement blijft niet hangen, tenzij het voorwerp relevant is voor de verhaallijn van spot, aflevering of film. De auto waarmee de held ontsnapt wordt wel onthouden, de dure koffer in de wagen niet.

Nog even afwachten tot we boek en methodes kunnen evalueren, vooraleer dit in onze gereedschapskist op te nemen, maar in elk geval veelbelovend. Media onderzoekers weten immers dat het vaak interessanter en nuttiger is om te kijken naar wat mensen doen (usage, observation), dan te kijken naar wat ze zeggen (attitudes, opinions). Deze technieken brengen ons daar heel dicht bij.

De afstemming tussen consument en medium is zoek

Enkele dagen terug hadden we het in "beurs geslagen: krantenlezers en de kredietcrisis" over hoe het nieuwsaanbod en de nieuwsvraag bij consumenten niet altijd gelijk loopt. Op de INMA conferentie in Wenen werden de resultaten getoond van een vergelijking (VK) van een inhoudsanalyse uitgevoerd op de Factiva databank ("aanbod"), met de interesses die media consumenten uitspraken in een marktonderzoek van Gfk ("Challenges of Europe")


(Bron: forum4editors)

De volgorde is bijna omgekeerd en toont aan dat journalisten (in elk geval in het VK) nog steeds erg georiënteerd op bestuurlijk nieuws.

Maar niet alleen kranten zijn in hetzelfde bedje ziek, op BBC Touch wordt "wat de BBC wil dat we lezen" (aanbod, hier in de zin dat het op de voorpagina figureert) vergeleken met "wat we werkelijk lezen" (vraag). In de laatste vergelijking scoort de BBC een dekking van 26% (de site is sinds februari niet meer upgedate, en dat heeft ongetwijfeld te maken met de nieuwe versie van de website die de BBC rond die tijd uitgebracht heeft).

Meest gelezen op de website, vooraan in de krant

"Hoeveel hoofdredacteurs zijn vandaag hun dag begonnen met hun online bezoekcijfers te bekijken?" was de vraag die Chis Lloyd van Telegraph Media Group (VK) stelde bij het begin van zijn presentatie voor INMA in Wenen.

De hoofdredacteur van Het Nieuwsblad (B) mag alvast positief op die vraag antwoorden. Meer nog, de meest gelezen artikelen online figureren prominent op pagina 2.



Het is een elegante manier om de plaatsing van faits-divers - die zoals elk onderzoek uitwijst ook in papieren krant hoog in leesbereik scoren - pal vooraan in de voorkrant te rechtvaardigen. Want net zoals we een gesprek beginnen met naar elkaars stemming en gezondheid te informeren vooraleer ter zake komen, hebben lezers een bepaalde verwachting van hoe een krant zich ontvouwt, en is er de verwachting om vooraan de harde actualiteit te vinden, ook al scoort die in leesbereik flink lager dan faits-divers (genre "peuter schiet vader neer", "man besteedt 1 miljoen euro aan prostituee").

Of misschien wil het Nieuwsblad wel in de voetsporen van Las Ultimas Noticias (Chili) treden. Die krant ijkt haar berichtgeving al jaren op het leesgedrag op haar website. Zo zal een artikel over het economisch belang van een internationale topconferentie in Santiago ondergeschikt zijn aan een artikel over hoe de Amerikaanse delegatie fooien geeft, als dat laatste artikel online meer gelezen wordt. (Het voorbeeld wordt letterlijk in een handboek over innovatie van de World Association of Newspapers - WAN - gegeven). En met succes, LUN is de grootste krant geworden en heeft lange tijd groei in haar oplage kunnen houden.

Mannenbladen: de op- en neergang

Dave Itzkoff, de man die de Amerikaanse Maxim van een verspreiding van 1 miljoen exemplaren optilde tot 2.5 miljoen exemplaren, beschrijft zijn succesformule voor een mannenblad /magazine :

  • 3 'babes' reportages, met schaarsgeklede modellen van wisselende bekendheid.
  • 1 seks advies column, met opnieuw foto's van schaarsgeklede modellen
  • 1 'how-to' artikel met stap-voor-stap instructies om wat te doen wanneer je je in een onmogelijke situatie bevindt (zoals: je wordt gegijzeld door terroristen)
  • 1 reportage over een waar gebeurde misdaad, een reportage die meestal wel goed uitgewerkt en geschreven is (maar nooit langer dan 1500 woorden, wat het maximum is voor elk stuk)
  • 1 stuk met humoristische one-liners, ook vergezeld van beelden van schaarsgeklede modellen.
  • mini artikelen ('McNugget sized'), die de vlotte babbel en grollen van een jonge vrijgezel vatten.
De oplage en verspreiding van mannenbladen in de VS en VK lopen sterk achteruit. Waar is het dan - volgens Itzkoff - misgegaan?
  • de formule heeft zich nooit echt vernieuwd en is uitgemelkt
  • de uitdagende titels op voorpagina en boven artikelen werden niet altijd in de tekst waargemaakt, net zoals de foto's veel suggereerden maar nooit toonden. En zelfs in Hollywood vind je niet voor elk van de 12 maanden een celebrities die voor je blad wil poseren.
  • er is nooit naar lezers en hun verzuchtingen geluisterd
Itzkoff wordt ook gerefereerd in 'the rise and fall of men's magazines' in het augustusnummer van Radar, wat op zijn beurt de inspiratie lijkt te vormen voor het artikel rond mannenbladen dat vorige vrijdag in de Media rubriek van De Morgen (B) verscheen.

In De Morgen (B) komen de makers van Ché, P-magazine, Gentlemen en Feeling Men aan het woord. Eén richting die mannenbladen meer en meer lijken uit te gaan is die van verbreding naar een lifestyleblad.

Verwant:
The Daily Sport, een Engelse 'mannen' krant(*), heeft voor het eerst een vrouwelijke hoofdredacteur. De formule van The Daily Sport kan nog kernachtiger samengevat worden: mannen houden er van te kijken naar aantrekkelijke vrouwen, dus voert hoofdredacteur Pam McVitie een 'nipple count' uit (nooit minder dan 26 per editie). Verder stelt McVitie:
(*) “Our readers are blokes that like a beer and a laugh, and fancy Cheryl Cole. They like to talk about sex and enjoy looking at pictures of women with big boobs. They don’t really care about politics unless it directly affects them. There are plenty of papers that do serious news and they do it very well, but it’s not who we are. We will never be a paper that puts miserable stories on the front page. "

Voor niets gaat de zon op: marketing campagne The Sun

Europese kranten uitgevers hebben twee opties nu tegelijkertijd de reclame inkomsten én de inkomsten uit de verkoop van kranten onder druk staan: ofwel verhoog je de verkoopprijs op de lezersmarkt om de teruglopende advertentie inkomsten te compenseren (een 'differentiatie' strategie die vooral kwaliteitskranten goed afgaat), ofwel maak je de krant goedkoper (of zelfs gratis) en zet je in op massa en bereik. (De strategie van een kostenleider. Lees ook 'newspaper industry outlook 2009')

De Britse tabloïd The Sun heeft duidelijk voor de laatste strategie gekozen, en heeft er een mediacampagne van 1.25 miljoen GBP (print, affichage, tv) voor over om een prijsverlaging naar 30p te communiceren.

De campagne is geniaal in zijn eenvoud en koppelt de inhoudelijke 'rijkdom' van de krant aan het prijsaspect. Die inhoudelijke veelzijdigheid wordt in print gecommuniceerd aan de hand van een lang kassa ticket en in de tv spot met een zich steeds verder ontplooiende krant. De confrontatie tussen het lange kassaticket en de geafficheerde prijs in de print advertentie en de handeling van het kopen (kleingeld!) in de tv spot illustreren krachtig de lage prijzen positionering.

Deze marketing campagne omvat ook sterke elementen in branding: in de tv spot wordt een heel spectrum van (aanvaardbaar) mogelijke Sun lezers ten tonele gevoerd. In de print advertentie worden op het kassa ticket niet enkel de puur instrumentele inhoudselementen vermeld ("puzzles", "latest news" "scoops on soaps"...), maar ook datgene waar de krant t.o.v. haar lezers beloofd voor te staan ("what matters to you", "no to knives", "broken britain", "education for all"). De campagne is in concrete termen geformuleerd (weinig of geen humor, abstracties of ironie) en materialistisch georiënteerd (wat een afwijzende reactie van de bovenklasse zal uitlokken) en weinig aspirationeel (wat een afwijzende reactie van de middenklasse zal uitlokken), maar kan wel resoneren in het hart van de doelgroep van The Sun.

Bekijk de tv spot hier.

De poster/print advertentie met het kassa ticket (klik op de afbeelding om te vergroten):

Beurs geslagen: krantenlezers en de kredietcrisis

Marktonderzoek in de week van 13 t.e.m 20 september, de week met als belangrijkste nieuwsfeit de beurscrach die volgt op het in moeilijkheden komen van de bank Lehman Brothers , toont dat de interesse voor financiële berichtgeving bijna omgekeerd evenredig mee evolueert met de evolutie van de Britse ster index FTSE100.

Niet alleen stijgt de belangstelling voor financiële berichtgeving, we zien ook van dag tot dag de emoties bij lezers variëren, van angst over informatie moeheid tot opluchting. Op 18/9 geven lezers aan "genoeg" gehad te hebben. De wens om te 'ontsnappen' wordt duidelijk, wat op 19/9 zichtbaar wordt aan het teruglopen van het aantal commentaren op de krantensites. Het weekend van de 20e betekent lezers "terug naar de routine", maar er blijft een lichtjes verhoogde interesse voor financiële berichtgeving t.o.v. begin van de week.

Een crisis als deze vormt een uitdaging voor media makers, want nieuws en nieuwsaanbod blijft niet gelijk lopen met de interesse van lezers. In ander onderzoek zien we zo hoe mensen niet nog eens het zoveelste bericht over een zelfmoordaanslag in Irak willen lezen. Dat is de reden waarom "ritme", een gedoseerde afwisseling van een lach en traan (en waar mogelijk op dezelfde pagina of in de nabijheid) zo belangrijk is. (lees ook de 'fun factor in tijden van crisis')

Het onderzoek is kwalitatief van aard (etnografisch onderzoek bij enkele tientallen respondenten in drie leeftijdscategorieën, en misschien net wat weinig om bovenstaande conclusies te onderbouwen). Het werd gepresenteerd door Jennie Beck van TNS Media (VK) op de INMA conferentie in Wenen. Slide 4 tot 12 geeft een overzicht van motieven om het nieuws te volgen en het proces van nieuwsverwerking, vanaf slide 24 gaat het over lezers en de financiële crisis.



VERWANT:

  • Voor wie genoeg heeft van beurs crisis gerelateerde infografieken met omlaagwijzende pijltjes, stelt Mario Garcia deze alternatieven voor.
  • De Engelse krant The Sun illustreert op deze manier de opluchting na het voorstellen van een reddingsplan .
UPDATE 19/10: Het is ook de BBC opgevallen dat kranten pogingen doen om met "goed nieuws" de wereld naast de kredietcrisis een plaats te geven.

UPDATE 23/10: De Journalist maakt een inventaris op van lezersreacties op de berichtgeving over de kredietcrisis, de koppen en de ruimte besteed aan de crisis in de Nederlandse kranten.

Tijdschrift covers met "stopping power" (2008)

Amerikaanse, Britse en Nederlandse magazine makers kiezen dezer dagen de covers van het jaar. Voorpagina's die én artistiek er uit springen, én goed verkopen. Een goede cover heeft namelijk "stopping power", en weet de blik van lezers in het losse verkooppunt te vangen.

Dat bracht het NRC (NL) tot een interview met art director Hans Wolf (met zelf 1000 tot 1500 voorpagina's op de teller, voor ondermeer Ouders van Nu, Margriet, Panorama en Marie-Claire). Wolf ziet volgende vuistregels voor de perfecte cover:

Er is een wet dat er mensen op moeten staan, ogen die je aankijken. Niet voor niks staat bij bladen als Margriet of Libelle negen van de tien keer een vrouw op de buitenkant. Naarmate de oplage hoger is, gaat die wet vaker op: een goede cover kan 30.000 verkochte exemplaren schelen. De actualiteit speelt een rol, maar ook het publiek dat je wil bereiken

Mario Garcia somt 5 elementen van magazine covers op doen verkopen:
  • echte inhoud op de cover: liever één à twee volle zinnen dan trefwoorden
  • nummers: breng de pagina aanduiding al op de cover
  • werk met iconen: eenvoudige, maar grootse beelden
  • verras
  • efficiëntie: zorg dat je lezers meteen terugvinden wat hen interesseert

Bekijk hier de winnende Amerikaanse covers (met het verhaal achter elke voorpagina) . De winnaars van vorig jaar vind je hier. De sterkste covers van de afgelopen 40 jaar staan bij de ASME, The American Society of Magazine Editors.

Essentiële informatie over het ontwerpen van covers vind je bij
Mogelijk is het vorige artikel in dit blog ook interessant: magazine covers maken

UPDATE 27/10: De mooiste covers van Nederland (2008), bij mediafacts

Trefwoorden: layout kranten, layout magazine, grafisch ontwerp, opmaak pagina's

Links voor 5 oktober

  • Bij radio Nostalgie (B) zullen het graag horen, oldies zouden het immers beter doen in slechte economische tijden. Toch volgens Sean Ross van Edison Media Research, die oldies "the official station of bad times" doopt. Dat neemt overigens niet weg dat om hier de vruchten van te plukken basics als rotaties e.d. eerst goed moeten zitten. (*)
  • Rob van Vuure, creatief bladenmaker bij Sanoma Nederland heeft zijn nieuwe boek, het lingeriedenken - creatief bladenmaken, succesvol communiceren - uit. Terwijl zijn post vrijdag online ging, had ik het boek - dankzij de goede zorgen van Proxis - donderdag al in huis. Een bespreking volgt nog, voor nu volsta ik met te zeggen dat het boek bomvol tips en ideeën staat (net als voorganger "de arrogantie van het buikgevoel", die af en toe nog in het tweedehandscircuit gevonden kan worden). En als je het daar niet voor doet, dan moet je het doen voor de motiverende werking, die van zo'n passioneel gebracht boek uitgaat.
  • Rob van Vuure is ook pleitbezorger van het gebruik van het concept ijkpersoon. Iets waar - gezien de vele inkomende zoekopdrachten vanuit Google - toch wel wat lezers mee worstelen. Een mooie reeks voorbeelden van het werken met ijkpersonen vind je deze week in het Engelse vaktijdschrift Media Week, dat haar 7 leeftijdsgroepen binnen de magazine lezers erg beeldend verwoordt. (Lees ook: ijkpersoon Flair)
  • In de marge van het INMA kranten congres in Wenen (de slides van de presentaties kan je hier bekijken) werd aan 26 deelnemers gevraagd naar de "deadly sins of newspapers". (Video's online op youtube te bekijken) Kranten laten volgens de deelnemers de opportuniteiten van mobiel en het internet liggen, ze zijn teveel op het redactionele proces en op verkoop van kranten gericht en te weinig op lezers en leesbereik. Kranten doen te weinig met hun merk. Redactie en commerciële dienst werken te weinig samen, er is te weinig innovatie, kranten verrassen te weinig met originele, vernieuwende berichtgeving ... enz. Allemaal kritische problemen, maar erger is dat er eigenlijk weinig nieuws onder de zon is. Toen ik najaar 1988 aan de verwerking van de CIM persstudie begon, lag er in mijn bureau een toen al vergeelde brochure met de titel "Relating to readers in the 80's". Ok, van het internet was toen nog geen sprake, maar vervang de woorden "videotext" en "audiotext" door internet en mobiel en de tekst wordt in één klap terug actueel. Dat veel van de deelnemers 20 jaar terug ook al in de uitgeverswereld werkten, en nog steeds geen antwoorden hebben(of erger: dezelfde oplossingen als 20 jaar terug) voor wat fundamenteel nog steeds dezelfde problemen zijn, dat is pas griezelig. (Zegt iemand, die zelf 20 jaar actief is in de sector :-). De realiteit is heel eenvoudig: je krijgt de lezers die je verdient. De weinige succesverhalen (genre Parool (NL), Borsen (DK) ... ) zijn allemaal inhoudelijke successen.


(*) Dit staat los van media, maar over oldies gesproken: bij het geluid van vallende banken is The Wall Street Shuffle van 10cc soundtrack bij uitstek.

Journalisiek voor dummies: de online cursus van The Guardian

Peter Cole, professor journalistiek aan de universiteit van het Engelse Sheffield, bracht voor The Guardian een reeks interessante essays over de journalistiek samen.

Cole gaat geen enkele harde waarheid over lezers uit de weg.

Ultimately there is only one purpose: to make the reader read the story. ... This booklet picks up the story when the reader has reached the stage of deciding to address the story. That is not the same as reading it, or even reading a certain amount of it....

Newspaper reading is different from reading a book. It is selective, does not involve commitment to the whole.... The newspaper reader .... does not expect to invest effort in the endeavour. He or she will not read a sentence or paragraph a second time to be clear about what is being said. Confusion, more often than not, will mean abandoning the story altogether and moving on. Many newspaper readers skim, sample or get a flavour of a story rather than reading it through.


Cole's tips voor het schrijven van nieuwsartikelen:
  • eenvoud en duidelijkheid: elk woord, elke zin moet door de gemiddelde lezer begrepen kunnen worden
  • een inleidende paragraaf met hoogstens 2 à 3 feiten die duidelijk maakt waarom dit artikel vandaag op deze plaats staat
  • breng in de rest van het stuk niet alleen de 5w's, maar stel je in de plaats van de lezer die koudweg in dit verhaal gegooid wordt: Welke vragen stelt hij zich? Welke kennis heeft hij nodig?
  • schrijf actief, niet passief. Laat dingen gebeuren.
  • wees zuinig met adjectieven, ambtenarees, vakjargon, afkortingen en woordspelingen

De bundel sluit af met een checklist (aanbevolen), advies over het schrijven van features (met cases in het interviewen van bekenden en het schrijven van besprekingen), en columns, om uiteindelijk af te ronden met wat vaderlijke goede raad.

Natuurlijk kan je ook een echte opleiding journalistiek gaan volgen. Aan de EHB in Brussel hebben ze zo'n masteropleiding journalistiek.

Q-radio: de nieuwe ochtend, lanceringsmoment

Vandaag in de marge van een interne receptie een interessante babbel gehad met Jeroen Buyse en Werner Stockaer van radio Nostalgie (B). We hebben het gehad over het leven, liefde en geld maar vooral ook over media en radio.

Wat mij er aan herinnert dat ik al een tijdje nog het volgende kwijt wou: ik ben het absoluut niet eens met de journalist die recentelijk in een interview met de afscheidnemende Q ochtendpresentator Erwin Deckers opperde dat het moment (lees: de aangekondigde start van Peter van de Veire bij 'Donna') misschien concurrentieel ongelukkig gekozen is.

Eigenlijk kon je tactisch en strategisch geen beter moment kiezen dan nu. De nieuwe zender is er nog niet, terwijl je geen investeringen in het aflopende project moet verwachten, en als de nieuwe zender er is, dan moeten ook daar de karakters van de ochtendshow nog in hun rol groeien.
Datzelfde geldt voor nieuwbakken Q ochtend presentator Kurt Rogiers die als relatieve outsider ook in zijn rol zal moeten groeien. Dat kan snel gaan, zoals we gezien hebben met de meesterlijk opgezette actie voor het goede doel, waarbij Sven Ornelis en Kurt Rogiers enkele tienduizenden handen drukten.

Maar hoe meesterlijk Q ook promoties opzet (neem als voorbeeld hoe ze van het oer-radio idee "het geluid" iets groter dan het leven gemaakt hebben), bij de ochtendshow heb ik nog steeds het gevoel dat we nog maar aan het begin staan van wat mogelijk is. Ochtendshows op de radio zijn in de VS een complete industrie, met gespecialiseerde consultants en een hele trits aan handboeken, Naar de karakterisering van de spelers in een ochtendschow gaat in de VS quasi evenveel aandacht als in de ontwikkeling van karakters in een succesvolle sitcom. En in die zin stijgt de obligate dagelijkse verwijzing naar het gulzigheid en het gewicht van Sven Ornelis niet uit boven de verwijzing die elke aflevering van Married with Children bevat, dat Al in schoenenwinkel werkt. Dat is wat weinig en wat ééndimensionaal om de show te dragen en positioneren (net zoals het karakter van Wim Oosterlinck in het avondprogramma beperkt blijft tot 'loser' bij aantrekkelijke vrouwen) , en dus een opportuniteit voor concurrenten.